Langblokken, Antwerpen
De Langblokken zijn vier nagenoeg identieke appartementsgebouwen die door hun monumentale lengte en hoogte in grote mate het uitzicht van de Antwerpse Luchtbalwijk domineren. De iconische blokken kwam in de tijdsgeest van de fifties tot stand als onderdeel van een grote stedenbouwkundige ontwikkeling van de tot dan dunbevolkte wijk. Vlak na de laatste Wereldoorlog was er namelijk een groot tekort aan woningen en de ideeën van de modernisten rond wonen boden de ideale oplossing om op korte tijd dit woningtekort weg te werken. Hun concept lag daarbij in het oprichten van monumentale hoogbouw met appartementen waarin zich een sociale mix bevindt, gecombineerd met gemeenschappelijke functies voor de bewoners zoals bijvoorbeeld kinderopvang of winkels. De opzet van het bouwen in de hoogte was om op die manier zoveel mogelijk oppervlakte op de begane grond kunnen vrij te houden, zodat dit kon ingericht worden als een groene recreatiezone. Hierdoor zetten ze ook doorgaans hun gebouwen op kolommen (pilotis), zodat de open ruimte tot onder hun gebouwen ongehinderd kon doorlopen. De vaak kleine appartementen werden dus gecompenseerd door een overvloed aan licht, lucht en ruimte voor beweging daarbuiten. Ook Linkeroever werd volgens hetzelfde stedenbouwkundige concept opgetrokken. Hoe doordacht deze nieuwe manier van wonen in theorie ook was, in de praktijk zien we dat bij quasi al deze monumentale projecten enkel de rendabele gedeelten uiteindelijk tot stand gekomen zijn, namelijk de verhuurbare appartementen, en dat men dan niet meer verder investeert in de gemeenschappelijke delen, of dat de groenzones uiteindelijk ingepalmd werden door koning auto, waardoor het leven in dergelijke hoogbouw een pak minder aantrekkelijk werd. Hierdoor bleef vaak een gezonde sociale mix uit aangezien enkel de minder welgestelde klasse zich hier ging vestigen, dit leidde ertoe dat deze goedbedoelde woonmachines na verloop van tijd sociale probleemwijken begonnen te worden.
De Langblokken zelf werden midden-jaren 1950 gebouwd naar ontwerp van Hugo Van Kuyck. De appartementen werden gepromoot als ‘het nieuwe wonen’ en moesten vooral jonge middenklasgezinnen aantrekken. Grote troef hierbij waren de volledig uitgeruste keuken en badkamer. Deze waren in deze tijd enkel voorbehouden voor woningen van de meer gegoede klasse, maar konden in dit geval door standaardisatie goedkoop geplaatst worden waardoor nu ook een modaal gezin zich dergelijke luxe kon veroorloven. Hierbij werd een promotiecampagne op touw gezet, waarbij foto’s illustreren hoe het gezinsleven zich in deze appartementen afspeelt, waarbij de vrouw volgens de toen geldende tijdsgeest demonstreert hoe gemakkelijk in gebruik de ultramoderne keuken en badkamer wel zijn. Ook bij dit project slaagde men er uiteindelijk niet in het beoogde doelpubliek aan te trekken, waardoor de gebouwen uiteindelijk in handen gekomen zijn van de Antwerpse sociale huisvestingsmaatschappij. Deze wil de verouderde appartementen nu ingrijpend renoveren om te voldoen aan de hedendaagse comforteisen, waarbij de tot nu toe goed bewaard gebleven appartementsindelingen en originele elementen zoals keukeninrichting en badkamermeubilair, volledig zullen verdwijnen. Vooraleer deze werken kunnen uitgevoerd worden diende Archivaria ter documentatie een gedetailleerde steekproefgewijze inventaris op te maken van alle nog aanwezige originele elementen uit de jaren 1950 in de meer dan 650 appartementen.